Quota voor alleenwoners in de politiek

Quota voor alleenwoners in de politiek


Ken jij ministers, parlementsleden of burgemeesters die alleen wonen? Wedden dat je ze op één hand kunt tellen. Maar omdat alleenwoners amper vertegenwoordigd zijn in het beleid, betalen ze nog steeds de hoogste belastingen in dit land. Ons voorstel: verplicht partijen om een percentage alleenwoners op de lijsten te plaatsen, naar analogie met de vrouwenquota.
 
In 1948 kregen de vrouwen algemeen kiesrecht, al betekende dat niet dat ze het beleid mee mochten bepalen. Op de kieslijsten stonden quasi enkel mannen, ook al was de helft van de bevolking vrouw. Volgens de mannelijke partijhoofdkwartieren interesseerden dames zich niet in de politiek, dus regeerden uitsluitend mannen het land.
 
Het is pas onder grote druk van de vrouwenbeweging dat de partijen ietsje actiever op zoek gingen naar vrouwen voor hun lijsten. In het begin moesten de vrouwen zich tevreden stellen met onverkiesbare plaatsen en geraakten slechts enkele “excuustruzen” verkozen. Het duurde tot 1994 vooraleer er “seksequota” kwamen, die bepaalden dat niet méér dan 2/3 van de lijsten mocht bestaan uit personen van hetzelfde geslacht (de wet Smet-Tobback).
 
Pas in 2002 kwam er pariteit en konden vrouwen eindelijk op het beleid beginnen wegen. En het is overduidelijk dat de evenwichtigere verdeling van de macht tussen vrouwen en mannen enkel en alleen een gevolg is van de eerlijkere samenstelling van de lijsten.
 
Dat stemt tot nadenken. Alleenwoners zijn ook amper vertegenwoordigd in de parlementen van dit land. Nochtans moeten zij de meeste belastingen ophoesten en heeft een flink aantal van hen het moeilijk om in deze tijden de eindjes aan elkaar te knopen.
 
Met de belangenvereniging all1, en met mezelf als parlementslid, pleiten we al enkele jaren voor een “singlereflex”, die het beleid ertoe aanzet om elke beleidsmaatregel te toetsen aan mensen die alleen wonen. Tot nog toe zonder resultaat. Helaas. Daarom willen we een stap verder gaan en partijen verplichten om alleenwoners op de lijsten te plaatsen. Méér nog: wij vragen om quota in te voeren voor kandidaten die alleen wonen. Ook al ben ik niet van harte voorstander van quota; het is de enige manier om op korte termijn voor verandering te zorgen.
 
In ons land bestaat momenteel één gezin op de drie vandaag uit één persoon. In grote steden is de verhouding zelfs 1 op 2. In totaal wonen er België 1,8 miljoen mensen alleen en hun aantal zal de komende jaren nog toenemen. Veel mensen zullen op een bepaald moment in hun leven alleen komen te staan als gevolg van veranderende situaties.
 
Het beleid blijft vaak blind voor de noden en vragen van alleenstaanden. Het klassieke gezin van twee ouders en twee kinderen is in de ogen van beleidsmakers nog steeds de norm. Dat leidt onder meer tot maatregelen die voor alleenstaanden nadelig zijn op het gebied van (forfaitaire) belastingen, huisvesting,  successierechten en noem maar op. We moeten tot een neutralere wetgeving komen. De kwestie van alleenwoners raakt een groot aantal beleidsdomeinen op alle overheidsniveaus.
 
De alleenwoners verdienen het om gehoord te worden in de parlementen en regeringen van dit land. Kortom: quota voor alleenwoners op de kieslijsten lijkt ons de enige manier om schot in de zaak te krijgen.